Overhead

De definitie van de overhead volgens het BBV is “alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces”. Deze kosten worden verantwoord bij het taakveld Overhead. Hiertoe behoren ook de systemen en aanverwante lasten die deze functies ondersteunen.

(Uitvoerings-) lasten worden zoveel mogelijk direct toegerekend aan de betreffende taken en activiteiten. Alle functies, bijbehorende systemen en aanverwante lasten en baten die rechtstreeks aan een specifiek taakveld zijn toe te wijzen, maken deel uit van de overige taakvelden en niet van het taakveld Overhead.

Financiële samenvatting

Overhead (bedragen x 1.000)

Begr.Lasten

Werk.Lasten

Saldo Lasten

Begr.Baten

Werk.Baten

Saldo baten

Resultaat

Materieel en kapitaallasten

16.855

16.624

231

938

1.626

688

919

Personeel

56.793

57.363

-570

86

503

417

-153

73.648

73.987

-339

1.024

2.129

1.105

766

Naar programma's en investeringen

-38.445

-37.412

-1.033

315

160

-155

-1.188

-38.445

-37.412

-1.033

315

160

-155

-1.188

Saldo

35.203

36.575

-1.372

1.339

2.289

950

-422

Apparaatskosten zijn de noodzakelijke financiële middelen voor het inzetten van personeel (salarissen), organisatie-, huisvestings-, materieel-, automatiseringslasten e.d. voor de uitvoering van de organisatorische taken. Apparaatskosten zijn dus alle personele en materiële lasten (zowel direct personeel als Overhead) die verbonden zijn aan het functioneren van de organisatie, exclusief griffie en bestuur.

Van de totale apparaatskosten van de gemeente ad. 74 miljoen, is 37,4 miljoen toegerekend aan de programma’s (beleidsproducten) en investeringen. Deze toerekening is 1 miljoen lager dan begroot, dit wordt veroorzaakt door 1,1 miljoen extra baten ten opzichte van de begroting. De overhead ad. 36,6 miljoen wordt niet verdeeld over de programma’s, maar blijft op het taakveld Overhead drukken. Per saldo komt de overhead 0,4 miljoen lager uit dan in de begroting was voorzien.

Per saldo is op de totale apparaatskosten en -baten van de gemeente een voordeel behaald van 0,8 miljoen. Dit voordeel is het gevolg van baten op personeel; de gemeente heeft medewerkers aan andere gemeenten uitgeleend, waarvoor bijna 0,5 miljoen detacheringsvergoeding is ontvangen. Ook kunnen de kosten van sommige medewerkers worden gedekt uit ontvangen subsidies. Hiervan is 0,3 miljoen niet begroot.

De overheadlasten zijn nagenoeg gelijk aan de begroting, maar uiteindelijk wordt er 1 miljoen minder doorbelast naar de programma’s en investeringen ten opzichte van de begroting. Dat komt omdat de overheadlasten deels worden gedekt door hogere baten op het apparaat. Hierdoor komt het resultaat van de overhead per saldo uit op een negatief saldo van 0,4 miljoen.

Nadere toelichtingen op de personele kosten en de doorbelastingen zijn beschreven in de paragraaf Bedrijfsvoering en diverse beleidsproducten.

N.b. De getoonde bedragen bij de categorie “Personeel” komen niet overeen met de bedragen die zijn opgenomen bij de paragraaf Bedrijfsvoering. Het verschil bestaat uit inhuurkosten die direct betrekking hebben op de uitvoering van beleid. Die worden niet verantwoord onder apparaatslasten, maar direct op de taakvelden.

Beleidsindicatoren

De BBV-indicatoren die betrekking hebben op de eigen organisatie zijn hieronder weergegeven. Het aantal fte van de bezetting van de medewerkers per 1.000 inwoners is gestegen van 8,57 naar 9,23. De apparaatskosten per inwoner ten opzichte van 2023 zijn gestegen van 920,59 naar 1.141,13, wat vooral wordt veroorzaakt door hogere personele lasten. Tenslotte zijn de overheadkosten t.o.v. de totale kosten gestegen van 11,6% naar 13,2%.

Indicator

Eenheid

Rekening 2023

2024

Formatie

Fte per 1.000 inwoners

9,65

10,06

Bezetting

Fte per 1.000 inwoners

8,57

9,23

Apparaatskosten

Kosten per inwoner

920,59

1.141,13

Externe inhuur

Kosten als % van totale loonsom + totale kosten inhuur externen

23,2%

23,0%

Overhead

% van totale lasten

11,6%

13,2%