Wat heeft het gekost?
Exploitatie (bedragen x € 1.000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Sociaal Domein | Realisatie 2021 | Primitief 2022 | Gewijzigde raming 2022 | Realisatie 2022 | Afwijking | |
1400 Dierenwelzijn | Lasten | 137 | 138 | 138 | 136 | 2 |
Baten | ||||||
Saldo | -137 | -138 | -138 | -136 | 2 | |
6100 Inkomen | Lasten | 27.527 | 24.320 | 23.154 | 24.380 | -1.226 |
Baten | 25.615 | 23.003 | 21.837 | 21.431 | -406 | |
Saldo | -1.912 | -1.317 | -1.317 | -2.949 | -1.632 | |
6110 Arbeidsmarkt overig | Lasten | 2.286 | 2.268 | 2.268 | 2.574 | -307 |
Baten | ||||||
Saldo | -2.286 | -2.268 | -2.268 | -2.574 | -307 | |
6140 Gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid | Lasten | 4.857 | 5.132 | 7.783 | 9.719 | -1.937 |
Baten | 113 | 221 | 221 | 108 | -113 | |
Saldo | -4.743 | -4.911 | -7.562 | -9.612 | -2.050 | |
6204 Inburgering | Lasten | 181 | 889 | 955 | 494 | 461 |
6204 Inburgering | Baten | 475 | 485 | 104 | -381 | |
Saldo | -181 | -414 | -470 | -390 | 80 | |
6230 Re-integratie- en participatievoorzieningen Participatiewet | Lasten | 2.166 | 3.498 | 3.429 | 2.716 | 713 |
Baten | 134 | 70 | 921 | 851 | ||
Saldo | -2.032 | -3.498 | -3.359 | -1.795 | 1.564 | |
6610 Maatwerkvoorzieningen materieel Wmo | Lasten | 2.544 | 2.907 | 2.969 | 3.201 | -232 |
Baten | 9 | |||||
Saldo | -2.535 | -2.907 | -2.969 | -3.200 | -232 | |
6620 Maatwerkvoorzieningen immaterieel Wmo | Lasten | 12.059 | 12.279 | 12.983 | 12.709 | 274 |
Baten | 490 | 398 | 398 | 557 | 160 | |
Saldo | -11.569 | -11.881 | -12.586 | -12.152 | 434 | |
6700 Algemene voorzieningen Wmo en Jeugd | Lasten | 8.610 | 8.782 | 8.907 | 8.908 | -1 |
Baten | 1.589 | 1.716 | 1.716 | 1.900 | 184 | |
Saldo | -7.021 | -7.066 | -7.191 | -7.007 | 184 | |
6710 Eerstelijnsloket Wmo en Jeugd | Lasten | 857 | 1.049 | 1.433 | 1.224 | 209 |
Baten | 1 | 2 | 2 | |||
Saldo | -856 | -1.049 | -1.433 | -1.222 | 211 | |
6820 Individuele voorzieningen natura Jeugd | Lasten | 18.765 | 18.507 | 17.669 | 16.507 | 1.162 |
Baten | 78 | 97 | 339 | 242 | ||
Saldo | -18.687 | -18.507 | -17.572 | -16.168 | 1.404 | |
6830 Veiligheid, jeugdreclassering en opvang Jeugd | Lasten | 1.150 | 1.190 | 2.275 | 2.048 | 227 |
Baten | 12 | 12 | ||||
Saldo | -1.150 | -1.190 | -2.275 | -2.036 | 239 | |
7100 Volksgezondheid | Lasten | 917 | 994 | 1.086 | 1.004 | 81 |
Baten | 31 | 31 | 99 | 71 | -28 | |
Saldo | -886 | -963 | -987 | -933 | 54 | |
7240 Lijkbezorging | Lasten | 15 | 17 | 17 | 14 | 3 |
Baten | 168 | 134 | 134 | 143 | 8 | |
Saldo | 153 | 117 | 117 | 128 | 12 | |
9650 Oekraine | Lasten | 7.345 | 8.392 | -1.047 | ||
69650Oekraine | Baten | 7.345 | 9.295 | 1.950 | ||
903 | 903 | |||||
Programmatotalen | Lasten | 82.071 | 81.968 | 92.409 | 94.026 | -1.616 |
Baten | 28.228 | 25.978 | 32.402 | 34.884 | 2.481 | |
Saldo | -53.843 | -55.990 | -60.007 | -59.142 | 865 |
Het verschil tussen de begroting (na wijziging) en het werkelijke saldo van baten en lasten is € 865.000. De belangrijkste afwijkingen zijn de volgende:
6100 Inkomen
Lasten nadeel € 1.226.000
Baten nadeel € 406.000
Via een Raadsinformatiebrief (RIB 22 092 Prognose BUIG resultaat 2022) is de Raad op 7 december 2022 hierover geïnformeerd en is tijdens het Forum Samenleving van 7 februari 2023 nader besproken. Het uiteindelijk tekort op dit product is ongeveer € 1,3 miljoen (saldo van hogere uitkeringslasten, een negatiever resultaat op de voorziening dubieuze debiteuren en een lagere ontvangen rijksbijdrage dan begroot). Het grootste deel van dit tekort is omdat de gemeente Rijswijk per saldo minder uitstroom heeft dan waar het rijk vanuit gaat. Verder is het saldo van de dubieuze debiteuren niet conform de begroting gedaald doordat de gemeente minder heeft kunnen terugvorderen. Dit komt doordat de kosten voor levensonderhoud fors zijn gestegen, waardoor de betaalcapaciteit van de inwoners met een lage en midden inkomen erg beperkt is.
Het tekort op dit beleidsproduct is gecompenseerd door het beperken van de uitgaven binnen het product Re-integratie en participatievoorzieningen Participatiewet en het voordeel op de Jeugdhulp en de Wmo.
6110 Arbeidsmarkt overig
Lasten nadeel € 307.000
Op dit beleidsproduct worden (via de Binnenbaan) de kosten van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) verantwoord. De begroting is gebaseerd op het landelijk budget van de Wsw, waarin rekening is gehouden met een bepaalde jaarlijkse afbouw. De werkelijk afbouw verloopt echter minder snel, onder andere omdat de gemiddelde leeftijd van de groep jonger is dan waar het rijk vanuit gaat. Hierdoor zijn de kosten voor de Wsw hoger dan de begroting. Dit was voorzien voor 2022 en daarom is de besteding in beleidsproduct 6230 Re-integratie- en participatievoorzieningen Participatiewet lager om dit nadeel te dekken. Immers worden op beide beleidsproducten re-integratieactiviteiten verantwoord.
6140 Gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid
Lasten nadeel € 1.937.000
Baten nadeel € 113.000
In 2022 zijn er door het Rijk middelen beschikbaar gesteld voor een eenmalige tegemoetkoming voor de gestegen energieprijzen aan huishoudens met een laag inkomen, de zgn. Energietoeslag. De middelen zijn in twee tranches beschikbaar gesteld, bij de meicirculaire en de septembercirculaire. Het bedrag van de septembercirculaire van. € 1.863.000 (tweede tranche inclusief de correctie op de meicirculaire) is echter niet in de begroting van het programma Sociaal domein verwerkt. Hierdoor wordt dit grootste deel van het nadeel verklaart op dit beleidsproduct. Deze dekking is wel in het programma Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien begroot. Daarnaast zijn de werkelijke kosten van de Energietoeslag € 100.000 hoger dan de bijdrage van het Rijk. Het resterende tekort heeft betrekking op overige kleine verschillende armoedevoorzieningen, waaronder de individuele inkomenstoeslag en de uitgaven op de individuele bijzondere bijstand.
Het nadeel bij de baten wordt veroorzaakt door een lager bedrag aan ontvangsten dan was voorzien. De ontvangsten hebben voornamelijk betrekking op vorderingen m.b.t. bijzondere bijstand. Door de fors gestegen kosten voor levensonderhoud, is de betaalcapaciteit van de inwoners met een lage en midden inkomen erg beperkt en heeft de gemeente minder kunnen terugvorderen.
6204 Inburgering
Lasten voordeel € 461.000
Baten nadeel € 381.000
Per 2021 is de nieuwe wet Inburgering van kracht. In 2022 zijn de eerste inburgeraars gehuisvest in Rijswijk. Het Rijk financiert de directe kosten voor deze inburgeraars via Specifieke Uitkeringen (SPUK). Het budget krijgen we zodra een inburgeraar wordt gehuisvest, echter volgen de kosten voor inburgeringstrajecten e.d. pas later. De omvang van de SPUK is gebaseerd op het verwacht aantal inburgeraars dat in een jaar wordt gehuisvest. We mogen de Rijksbijdragen doorschuiven naar volgende jaren wanneer de kosten daadwerkelijk worden gemaakt. Vanuit de septembercirculaire is € 146.000 ter beschikking gesteld voor Asiel (inburgering) en Maatschappelijke begeleiding statushouders. Van dit budget is bijna niets uitgegeven, hierdoor is er in 2022 een lastenvoordeel. De kosten komen mogelijk pas in 2023. Bij het opstellen van de begroting ging de gemeente er vanuit dat het aantal inburgeraars waar het rijk als taakstelling heeft opgelegd ook gehaald zou worden. De inschatting was dat de gemeente daarvoor meer uitvoeringskosten zou maken dan wat het Rijk daarvoor beschikbaar stelt. Hiervoor was € 102.000 extra begroot. Het budget van het Rijk was echter voor 2022 wel ruimschoot voldoende, waardoor voor dit bedrag een lastenvoordeel is. Het aantal inburgeraars dat daadwerkelijk is gehuisvest in Rijswijk is lager dan waar het Rijk in eerste instantie van uitging (en waar in de gemeentelijke begroting rekening mee is gehouden). De herziene beschikking is € 66.000 lager dan waar in de begroting van uit is gegaan, waardoor zowel de lasten en baten voor dit bedrag te hoog zijn begroot. Omdat de meeste kosten pas worden gemaakt na de huisvesting, is er € 308.000 minder uitgegeven dan begroot. Omdat de SPUK gekoppeld is aan de bijbehorende lasten, zijn er ook minder baten voor hetzelfde bedrag gerealiseerd.
6230 Re-integratie- en participatievoorzieningen Participatiewet
Lasten voordeel € 713.000
Baten voordeel € 851.000
Bij de uitvoering van de re-integratie is geanticipeerd op een tekort voor de Wsw-voorziening op het beleidsproduct 6110 Arbeidsmarkt overig (zie de toelichting op dat beleidsproduct) en is op dit beleidsproduct aangestuurd om dat tekort te kunnen dekken.
Verder is bij de uitgaven aan re-integratie is ook erop aangestuurd om een tekort bij de Buig/bijstandsuitkeringen op te kunnen vangen. Dit was ook mogelijk doordat de geraamde extra uitgaven in het kader van de crisisaanpak (€ 265.000) niet noodzakelijk bleken. Daarnaast waren de uitgaven voor werkgeversdienstverlening (€ 262.733, w.o loonkostensubsidies) lager, omdat het is gelukt meer kandidaat werknemers te plaatsen, zonder de inzet van een loonkostensubsidie. Tenslotte kon worden bespaard op de inzet van uitgaven in het kader van de regionale samenwerking (€ 224.000).
Het Europees Sociaal Fonds (ESF) verleent subsidies voor re-integratie activiteiten, welke doorgaans pas achteraf wordt toegekend. De aanvraagprocedure voor ESF-subsidies zijn complex en daardoor is er vaak onzekerheid over wanneer en voor hoeveel een subsidie wordt toegekend. Samen met de arbeidsmarktregio Haaglanden vragen alle individuele gemeenten subsidie aan voor ingezette re-integratie- voorzieningen. In 2022 is een subsidie in het kader van het ESF ontvangen (€ 296.000), maar deze toekenning werd eigenlijk pas in 2023 verwacht en is daarom niet in 2022 begroot. Het werd pas in 2023 verwacht en deze financiële middelen zou voor geplande re-integratieactiviteiten in 2023 worden ingezet. Daarom ligt bij de besluitvorming rond deze jaarrekening een voorstel voor een budgetoverheveling om deze middelen weer te herbestemmen voor het in 2023 verlengen van de SZW aanpak-herstelmaatregelen activering”.
6610 Maatwerkvoorzieningen materieel Wmo
Lasten nadeel € 232.000
Het nadeel wordt deels veroorzaakt door hogere kosten van de Regiotaxi. Bij de jaarrekening 2021 is voor de Regiotaxi uitgegaan van de conceptafrekening die op dat moment beschikbaar was. De definitieve afrekening van de Regiotaxi bleek echter € 40.000 hoger te zijn. Verder zijn er in 2022 meer en duurdere scootmobielen verstrekt dan voorgaande jaren. Dit komt mogelijk doordat er een inhaalslag van aanvragen is geweest na de coronaperiode.
6620 Maatwerkvoorzieningen immaterieel Wmo
Lasten voordeel € 274.000
Baten voordeel € 160.000
Het voordeel op de lasten wordt deels veroorzaakt door lagere uitgaven huishoudelijke hulp
€ 193.000. Ten opzichte van 2021 is het aantal unieke cliënten en zijn de uitgaven m.b.t. huishoudelijke hulp in 2022 toegenomen. Ondanks deze toename is er een voordeel op de lastenbegroting. Vanaf augustus 2022 is er namelijk gestart met het overzetten van cliënten van trede 4 naar trede 5, welke een lager tarief heeft. Hierdoor vallen de totaal verwachte kosten lager uit dan voorheen was verwacht. Verder was bij de begroting ook uitgegaan van een grotere stijging, maar viel de stijging uiteindelijk mee.
Het resterende voordeel heeft voornamelijk betrekking op Begeleiding. Het aantal unieke cliënten en de uitgaven m.b.t. Begeleiding is nagenoeg gelijk gebleven in 2022 t.o.v. 2021, terwijl bij de eerste halfjaarrapportage 2022 werd uitgegaan van een stijging vanwege de groei van het inwonersaantal.
Het voordeel op de baten is te verklaren door Overbruggingszorg WMO. Voor cliënten die op de wachtlijst staan voor Beschermd wonen en een Wmo-voorziening hebben kan de gemeente een aanvraag indienen voor overbruggingszorg bij Den Haag. In 2022 zijn de aanvragen over de periode 4e kwartaal 2021 en heel 2022 ingediend. Hierdoor vallen de baten € 79.000 voordelig uit. Verder deelt de gemeente met de H5 de regionale kosten. Omdat de gemeente kosten heeft voorgeschoten, heeft de gemeente bij de afrekening € 54.000 ontvangen. Hiernaast zijn nog verschillende kleinere voordelen die samen optellen tot € 26.000.
6700 Algemene voorzieningen Wmo en Jeugd
Baten voordeel € 184.000
Onder dit beleidsproduct valt een groot aantal diversiteit aan voorzieningen. De onderbesteding van dit beleidsproduct is daarom opgebouwd uit veel verschillende activiteiten. Enkele hiervan worden hieronder toegelicht.
Er zijn minder subsidie aanvragen ingediend waardoor er op het subsidiebudget ruim is overgehouden. Voorbeelden hiervan zijn wijk- en bewonersorganisaties, organisatie ouderen, emancipatie en inclusie en opvoedadviespunt.
Verder is er veel minder gebruik gemaakt van de Jeugd Interventie Team (JIT) dienst. Een reden hiervoor is dat de verwijsprocedure via Grip en Regie dit minder toegankelijk maakt. Ook ontbrak er door ziekte de mogelijkheid tot laagdrempelig contact en continuïteit van het aanbod. Hierdoor kon er weinig met vroegtijdige signalen gedaan worden. Het project Belteams heeft niet plaatsgevonden, omdat het door de reguliere maatjesprojecten opgepakt kon worden en er gedurende de coronaperiode minder behoefte aan was. Daarnaast is het project Vrijwilligerscoaches later opgestart vanwege corona.
6710 Eerstelijnsloket Wmo en Jeugd
Lasten voordeel € 209.000
De ruimte op beleidsproduct Eerstelijnsloket Wmo en jeugd is deels ter dekking voor de inhuurkosten voor het Jeugdteam. Deze vallen onder de apparaatskosten, welke worden geboekt op beleidsproduct Sociaal Domein.
6820 Individuele voorzieningen natura Jeugd
Lasten voordeel € 1.162.000
Baten voordeel € 242.000
6830 Veiligheid, jeugdreclassering en opvang jeugd
Lasten voordeel € 227.000
In 2022 is het nieuwe Woonplaatsbeginsel in werking getreden. De implementatie hiervan heeft tijd gekost waardoor de gemeente de kosten heeft voorgeschoten voor enkele jeugdigen die aan andere gemeentes zijn overgedragen. Nadat de daadwerkelijke overdracht heeft plaatsgevonden zijn ook de vooruitgeschoten kosten aan de betreffende doorbelast. Verder heeft de gemeente incidenteel voor de platform integrale Vroeghulp 2022 de regionale administratie gevoerd en met de betrokken gemeenten de kosten verrekend. Voor het voorgaande waren de baten niet begroot.
7100 Volksgezondheid
Lasten voordeel € 81.000
Vanuit het Rijk is in 2021 geld beschikbaar gesteld voor de Specifieke Uitkering (SPUK) voor Gezonde leefstijlinterventies. Deze gelden zijn in 2021 en 2022 niet volledig benut. In de beschikking is opgenomen dat de niet ingezette gelden terug betaald dienen te worden aan het Rijk. Dit levert een lasten voordeel op van € 31.000, echter tegelijkertijd ook een baten nadeel voor hetzelfde bedrag.
Voor de Preventieve Gezondheidszorg is er ongeveer € 60.000 minder besteed voornamelijk doordat er aanzienlijk minder meldingen binnen gekomen zijn bij Meldpunt bezorgd.